Om het algemeen welbevinden op de speelplaats te verbeteren, heeft het onderwijzend team van onze school een speelplaatsbeleid met duidelijke afspraken opgesteld. Het betreft een opfrissing van het speelplaatsbeleid dat we tot nu toe hanteerden. De afspraken werden bijgestuurd, verduidelijkt en in de mate van het mogelijke gevisualiseerd. ‘Alle’ kinderen hebben baat bij eenvoud, structuur, duidelijkheid, alsook bij het consequent handelen. Het wordt een engagement van iedereen. De kinderen houden zich aan de afspraken en de leerkrachten en directie doen op een consequente wijze de bewaking. De directie heeft verder een toeziend oog op het goede verloop van de bewakingen.
Op ‘consequente wijze’
In de gang is het stil. Op verschillende plaatsen wordt het pictogram van stilte opgehangen.
Als de leerkracht de leerlingen voor het belsignaal naar buiten laat gaan, dan blijft de leerkracht bij zijn leerlingen tot de bel gaat.
De leerkracht die bewaking doet, gaat samen naar buiten met zijn leerlingen even voor het belsignaal gaat.
Tijdens de bewaking past de leerkracht de speelplaatsafspraken correct toe.
Als de eerste bel (twee minuten voor de tweede bel) gaat, op het einde van de speeltijd, stoppen de leerlingen met hun spel en gaan de leerlingen naar hun rij. Bij de tweede bel staan de leerlingen in stilte op hun plaats in de rij.
Elke klas gaat onder begeleiding van hun leerkracht in stilte in een rij naar de klas.
De leerlingen van de klas, die na de speeltijd gaat turnen, hangen de turnzakken bij het begin van de speeltijd aan de kapstok onder het afdak. Bij de eerste bel worden de turnzakken aan de kapstok afgehaald. Vervolgens vormen deze leerlingen een rij aan het kleine poortje, op de speelplaats. De leerlingen van het vijfde en zesde leerjaar laten de turnzakken aan hun eigen kapstokken hangen en kunnen bij de tweede bel in hun eigen gang de turnzakken ophalen. Voor het overige telt voor hen dezelfde regel.
Om het wassen van de handen een beetje deftig te laten verlopen, wassen de leerlingen van de bovenbouw bij voorkeur hun handen bij het begin van de speeltijd en de leerlingen van de onderbouw op het einde van de speeltijd.
’s Morgens worden de boekentassen aan de buitendeuren van de betrokken klassen geplaatst. Bij regenweer worden de boekentassen onder het afdak geplaatst. Er worden geen boekentassen binnen gezet.
Bij regenweer spelen de kinderen verplicht onder het afdak. Het is dan verboden om met een bal te spelen.
Alle kinderen gebruiken de deuren aan de kant van de speelplaats om de school binnen te treden. Dat wil zeggen dat er geen kinderen in de grote gang mogen komen. Enkel indien een leerling een opdracht krijgt van een leerkracht, is zijn of haar aanwezigheid in de grote gang gerechtvaardigd.
De speelplaatsafspraken
Wat mag wel op de speelplaats?
Op de speelplaats mag er fijn samengespeeld worden :
We spreken samen af welk spel we gaan spelen.
We houden ons aan de spelregels.
Iedereen mag meedoen.
Ik mag hulp vragen aan de juf of de meester :
Als er een probleem is, proberen we eerst zelf het probleem op te lossen.
Als dit niet lukt, mogen we hulp vragen aan de juf of de meester. Op deze manier wordt er samen naar een oplossing gezocht.
Ik mag NIEMAND uitschelden, ook niet met vieze gebaren :
Ik mag niemand uitschelden, ook niet in een andere taal.
Ik mag geen vieze gebaren maken.
Ik pest niemand.
Ik daag niemand uit.
Ik mag NIETS stuk maken.
Ik maak niets opzettelijk stuk.
Ik mag aan niemands kleren trekken.
Nieuwe introductie van de afspraken
De afspraken hangen op 2 plaatsen op, op de ramen van het derde en vijfde leerjaar. Ze hangen met de voorkant naar de speelplaats gericht.
Op 5 oktober 2020 : klassikale heropfrissing van de reeds bestaande afspraken en kennismaking van de nieuwe afspraken. Dit wordt elke eerste dag van een trimester herhaald.
De afspraken worden in de klas opgehangen. Bij conflicten kan er naar deze afspraken verwezen worden.
Wat als de leerlingen zich niet aan de speelplaatsafspraken houden?
De leerkracht gaat naar de leerling toe of de leerling wordt naar de juffrouw of meester geroepen.
De leerkracht zegt tegen de leerling wat hij/zij verkeerd heeft gedaan en benadrukt nogmaals dat dit niet mag (eventueel kan er verwezen worden naar de pictogrammen die ophangen).
De leerkracht verplicht de betrokken leerling of de betrokken leerlingen om op het muurtje te gaan zitten. Na vijf minuten mag de leerling terug gaan spelen, doch enkel op aangeven van de leerkracht.
Bij agressie wordt de betrokken leerling van de speelplaats verwijderd. Het is de bedoeling dat hij/zij tot rust kan komen. De locatie hiervoor is de ruimte tussen de kleuterschool en de lagere school. De leerkracht verwittigt een andere beschikbare leerkracht om op deze leerling(en) toezicht te doen. Tijdens de volgende speeltijd gaat de leerling naar het personeelslokaal of naar een klas waar op dat moment een leerkracht aanwezig is. Deze regel geldt voor al de speeltijden van die dag.
Ook de leerlingen die het wat moeilijker hebben, houden zich aan deze afspraken. Voor hen wordt er door de leerkracht wel iets meer inhoud gegeven aan de afspraken. Ook dit wordt altijd even met de klasleerkracht en met de directie besproken.
De klasleerkracht beoordeelt de afspraken individueel voor de leerlingen die het wat moeilijker hebben a.d.h.v. wat de leerling zelf zegt of wat andere leerkrachten zeggen. Het is nog steeds belangrijk dat je als leerkracht, de klasleerkracht op de hoogte brengt van de problematiek tijdens de speeltijd.
Eénmaal per week evalueert de ondersteuner deze afspraken met de leerlingen waarvoor ze verantwoordelijk is. Zowel het positieve als het negatieve komt tijdens dit gesprek aan bod. Als het overwegend negatief is, wordt er met de leerling gewerkt aan het gedrag en worden mogelijke oplossingen gezocht. Dit wordt ook weer telkens kort besproken met de leerkracht en de directie.
Evaluatie van het speelplaatsbeleid
Tijdens de personeelsvergaderingen wordt het speelplaatsbeleid geëvalueerd. Wat verloopt goed? Wat verloopt niet goed? Hoe kunnen we dit verbeteren?
Indien nodig wordt het speelplaatsbeleid bijgestuurd en aangepast.